Voor het verrichten van de automatische ontluchtingsprocedure dient u de instructies in het werkplaatshandboek en de aanwijzingen van de fabrikant op te volgen.

  1. Sluit de vereiste remontluchtingsapparatuur aan.
  2. Sluit de acculader aan op de 12V-accu.
  3. Schakel het contact in met de motor afgezet.
  4. Zet de transmissie in de parkeer- of neutraalstand.

Opmerking: Draai na afloop van de werkzaamheden aan een wiel de ontluchtingsschroef pas dicht, wanneer de remvloeistof niet meer schuimt en vrij is van luchtbellen.